Zachow kreeg zijn opleiding waarschijnlijk van zijn vader, doedelzakspeler Heinrich Zachow, een van de stadsmuzikanten van Leipzig in de Alta Capella, en misschien van Johann Schelle, een vooraanstaand Duitse componist, toen het gezin naar Eilenburg verhuisde. Als Kantor en organist van Halle's Market Church in 1684 volgde hij Samuel Ebart op. Tijdens zijn verblijf in Halle werd hij vooral bekend als componist van dramatische cantates. In 1695 kreeg hij kritiek van de piëtisten vanwege zijn buitensporig lange en uitgebreide muziek, die alleen door voorzangers en organisten gewaardeerd kon worden. Zachow werd beïnvloed door Johann Theile in Merseburg en de poëzie van Erdmann Neumeister, predikant in het nabijgelegen Weissenfels, en zijn kritiek op het piëtisme.