De Bagatelle nr. 25 in A mineur (WoO 59) voor solo piano, beter bekend als Für Elise, is een van Beethovens meest populaire en duurzame composities. Het stuk wordt zowel een bagatelle als een Albumblatt genoemd en is eigenlijk een antwoord op de ABACA-structuur, vergelijkbaar met een archetypische rondo. Het eerste thema is technisch niet moeilijk en wordt vaak alleen aangeleerd, omdat het een goede basisoefening biedt voor de pianopedaaltechniek. Voor het B-gedeelte is echter een veel grotere techniek vereist, evenals voor het snel stijgende A-kleinfiguur in het C-gedeelte.
De Bagatelle nr. 25 in A mineur (WoO 59) voor solo piano, beter bekend als Für Elise, is een van Beethovens meest populaire en duurzame composities. Het stuk wordt zowel een bagatelle als een Albumblatt genoemd en is eigenlijk een antwoord op de ABACA-structuur, vergelijkbaar met een archetypische rondo. Het eerste thema is technisch niet moeilijk en wordt vaak alleen aangeleerd, omdat het een goede basisoefening biedt voor de pianopedaaltechniek. Voor het B-gedeelte is echter een veel grotere techniek vereist, evenals voor het snel stijgende A-kleinfiguur in het C-gedeelte.