De Quartettsatz (Kwartetdeel in C mineur), D. 703 werd in 1820 geschreven door Franz Schubert. Het is het eerste deel van een twaalfde strijkkwartet dat Schubert nooit voltooide. Naast het openingsdeel componeerde Schubert ook de eerste veertig maten van een tweede deel, gemarkeerd met Andante. Net als bij de latere "Onvoltooide" symfonie is er veel gespeculeerd over de reden waarom Schubert de compositie onvolledig achterliet. Er is gesuggereerd dat hij het kwartet misschien ook heeft verlaten omdat het niet de grote sprong voorwaarts betekende waar hij naar streefde. Een ander idee stelt dat hij het misschien simpelweg heeft opgegeven omdat hij, nadat hij met een zeer krachtig eerste deel op de proppen was gekomen, niet in staat was een geschikt tweede deel te creëren. Na de dood van Schubert kwam de manuscriptpartituur uiteindelijk in handen van Johannes Brahms, en de Quartettsatz beleefde zijn postume première in 1867 in Wenen, met publicatie van de partituur onder redactie van Brahms in 1870.
